vrijdag, september 23, 2005

EINDELIJK RUST ! (meditatie)


RUST, EINDELIJK!
“Kom weer tot rust, mijn ziel…” Psalmen 116 : 7a NBV
Prettige vakantie gehad? En helemaal uitgerust, lichamelijk? Of heeft het verblijf op de vakantiebestemming en de (lange of kortere) reis veel energie gekost? Dat kan. Je kunt intussen wél tot rust gekomen zijn. Want dat is wat ánders. Dat zit meer van binnen, zie je.

Ik kijk nog wel eens naar woord- en kennisspelletjes op de tv. En dan valt me op, dat heel veel prijswinnaars het gewonnen geld aan de vakantie willen besteden. En dat steeds meer mensen naar een ver land willen gaan. Naar Colombia, Zuid Afrika enzovoort.
Ik heb daar natuurlijk geen ene snars mee te maken. En er is op zichzelf ook niks op tegen. Maar je kunt er wél kanttekeningen bij zetten. Op het gebied van milieu bijvoorbeeld. Maar ook kun je de vraag stellen: kom je zo wel tot rust door zo’n vakantie.

Want vakantie houden betekent méér dan zover mogelijk vliegen, zoveel mogelijk zien en zoveel mogelijk bijzondere dingen beleven.
Vakantie vieren betekent óók: tijd voor de ánder. Voor een goed gesprek. Want dat komt in het jachtige leven wel eens in het gedrang.
En vakantie is eveneens: tijd voor jezélf. Om op verhaal, om tot rust te komen.
Want een goed gesprek met jezelf hebben, ook dáár is niks mis mee, weet u.

De dichter van het 116e lied uit de bundel van de Psalmen spreekt ook eens even met zichzelf.
Hij zit in de nesten, zie je. In vers 3 wordt gesproken over angst en pijn. Dus zal ziekte wel het probleem geweest zijn. En als dan zelfs de dood op de loer ligt, dan komt vanzelfsprekend ook de angst. Ja, diep in de penarie, dat kun je wel zeggen!
Nu is dat voorbij. Maar de golven van de angst en de onrust deinen binnen in hem nog behoorlijk na.
Dáárom gaat hij het gesprek aan met zichzelf. Zoals je dat van tennissers ook wel eens ziet en hoort. Een gebalde vuist en “Come on!”
Deze dichter zegt wat anders. Niet om zichzelf op te peppen, maar juist tot kalmte te manen. “Kom weer tot rust, mijn ziel. Niet meer zo paniekerig. Daar is geen reden voor. Want de HEER is je immers te hulp gekomen? Het komt goed. Het is goed”.

Ja, je kunt van binnen uitermate onrustig zijn. Daar kunnen allerlei oorzaken voor zijn. Ziekte bijvoorbeeld kan je ongerust en onrustig maken.

 een oase
Maar ook andere dingen, waarvan je zegt: “ik word er ziek van!”. Van die dagelijkse sleur, het hele jaar door. Van die verantwoordelijkheid, die je steeds moet dragen. En waar je je wel eens aan vertilt. Van niet (meer) kunnen werken. Van je handicap. Van die beperkingen, die je in de houdgreep hebben. Zelfs van de zonde, je tekortkomingen tegenover je naaste en ten opzichte van God.
Wanneer krijg ik toch eindelijk rust van binnen, denk je dan. Wanneer ga ik vanuit die naar het lijkt eindeloze woestijn de oase binnen.

We kunnen in die situatie tot rust komen. Een vakantie, maar ook een stil moment is daar bij uitstek geschikt voor. Om onszelf eens even onder handen te nemen. Dan mogen we tegen onszelf zeggen: “Kom weer tot rust, mijn ziel. Yvonne, Wilfred, wees niet langer zo onrustig.
Gód is er toch? Je hebt toch een Heiland en Verlosser? Hij is toch bewogen met je. Hij weet toch ván je situatie en van je onvrede. Hij is er toch voor je. Hij is toch bij je?”
Op die toon mag je dat goeie gesprek met jezelf voeren. Want was het niet de Zoon van God, die als mens op aarde was. En die toen zei: “Kom naar mij, jullie die vermoeid zijn en onder lasten gebukt gaan, dan zal ik jullie rust geven”.

Aanvaard dat, voor je eigen bestwil, je eigen innerlijke rust.
Want dan kóm je ook werkelijk tot rust. Krijg je échte rust in de vakantie. Als je een verre reis maakt. Of dicht bij huis gebleven bent. Maar ook, als je niet op reis kunt.
Dan kun je het leven met al zijn stress weer in en áán. In afhankelijkheid. Dat is: in gesprek met jezélf. Want in contact met God!
(juli ’05)
Eventueel zingen en/of bidden: Gez. 463 : 3,4,5

Geen opmerkingen: