dinsdag, december 20, 2005

KERSTFEEST VIEREN, NAIEF? (kerstfeest, preek)




N A I E F, K E R S T F E E S T V I E R E N ?

Christus Jezus is in de wereld gekomen, om zondaars te redden”. 1 Timoteüs 1 : 15

Als het maar even kan,
maak ik elke avond na het eten een fietstochtje in mijn dorp. In deze tijd ziet het er heel anders uit dan normaal. Niks donker! Allemaal lichtjes! Hele huizen zijn ermee versierd. De rendieren en kerstmannen zijn niet van de lucht! Buiten dan. En binnen kerstbomen en groen en ballen en flikkerende lichtjes en wat al niet meer!

Gezellig gezicht, jazeker! De mensen hebben er werk van gemaakt, om een warme sfeer te scheppen. En wie zou dáár nou bezwaar tegen hebben? In huiselijke kring gezelligheid beleven tijdens de donkere kerstdagen, o.k.! Misschien zelfs samen met iemand anders. Die anders moederziel alleen zou zitten. Of zijn “heil” in de kroeg zou zoeken –met alle gevolgen van dien wellicht. Top en tof!

En toch…
Zopas viel het woord “heil”. En dat betekent eigenlijk zoiets als harmonie, verlossing. Het hangt heel nauw samen met het woord “héél”. Kijk, en om nou je ziel en zaligheid te zoeken in die lichtjes. En om nou je heil te zoeken in puur een stuk gezelligheid voor jezelf en je gezin. En daarin ook wat ruimte te bieden aan een ander. Nou, eerlijk gezegd, dát is al te naïef!

(bij plaatjes: belletjes, balletjes, kaarsjes groen overal, ook hier)


Ik vind van wél. Nou, dat had u van een dominee niet verwacht, denk ik. Die vindt kerstfeest toch belangrijk, de moeite waard en zo? Ja, en toch: naïef. Tenminste, kerstfeest vieren. Met alleen die lichtjes en zo meer. Zonder bijbel en zonder kerkdienst.
Menen, dat zoiets je leven heel maakt? Dat is toch in wezen, als het er echt op áán komt, kinderlijk, zelfs kinderachtig? Naïef, erg naïef. Want het verandert helemaal niets aan je problemen. En aan de misstanden in deze maatschappij. En aan de ellende in de wereld. Je vergéét het even door die gezelligheid. Je zet het even van je af. Meer niet.

Maar ik had het over Kerstfeest –wat ik dan niet voor niets met een hoofdletter schrijf. En dáár heeft dat alles op zichzelf geen snars mee te maken.

Tenminste, mijn bijbel ziet het anders.Die zegt: het gaat met Kerstfeest om wat ánders dan gezelligheid alleen. Niet om mede ten dienste van de middenstand uitgebreid te eten, al dan niet buitenshuis. En niet om dure of nog duurdere cadeau’s onder de kerstboom –onder het motto: echt Hema is echt kerstfeest. Vergéét het even, zeg! Kerstfeest is niet vreten, maar vrede op aarde! God geeft een cadeau van heel andere kwaliteit en orde. Hij geeft zijn eigen, enige Zoon!

En Hij, Christus Jezus is zijn naam, is in de wereld gekomen om zondaars te redden. En dat is wel even wat totaal anders! Dáár gaat het om op 25 december. Niet om die lichtjes, die gezelligheid. Niet om een arm kindje, dat meteen al te maken kreeg met een keiharde wereld. En dat al snel politieke vluchteling was. Een kindje, dat toch teken van hoop is.

Want wat voor hoop is dat? Is dát hoop in een wereld, waarin dagelijks duizenden omkomen van en in erbarmelijke omstandigheden? Kerstfeest vieren met alleen een arm kindje, dat is kinderachtig. Naïef, inderdaad!

Dan blijft het een partijtje, een etentje, een feestje. Met een kalkoentje, een wijntje, een sorbetje. Met een boompje, takjes, een fijn sfeertje. Een feestje voor ons tweetjes, of ons gezinnetje. En eventueel wat goede vrienden, die ik kies. Een feestje van één dagje. En dan is het weer gedáán voor een jaar. Basta, Schluss, over en uit!

Wat een armoe! Want de volgende dag is er weer die rauwe werkelijkheid. Die sleur van je huwelijk, die problemen met je kinderen. Die zorgen op je werk. En die vreselijke wereld, barstensvol problemen. Dan houd je van kerstfeest helemaal niets over. Is dat geen armoe?

En Jezus is zo rijk! Dat arme kindje is rijker dan wij allemaal met elkaar! Hij heeft wat te geven, mensen! Een schat, die je rijk en gelukkig maakt. Niet de hoofdprijs in de lotto of iets van dien aard. Nee dus. Iets anders: redding!

Dit is niet zómaar een kind! Dit is Christus Jezus!

Hij heet dus Jezus. En Hij maakt die naam volledig wáár. Die betekent: de HEER, zet in de ruimte, redt. En de HEER (met hoofdletters), dat is de God van Israël, de God van mensen. De God vol trouw aan al zijn beloften.

Deze Mens, als kind geboren, is dus de Redder. Hij verlost wérkelijk. Want Hij is ook Christus. En dat betekent: gezalfde. En zalving hield in: bestemming voor een bepaalde taak.
Bijvoorbeeld het koningschap. En de olie, die op het hoofd werd uitgegoten, symboliseerde de Geest van God. En Die zal de kracht en de wijsheid geven, om die roeping te vervullen.

Nu, Jezus zal de kracht en wijsheid krijgen, volop redder te zijn, te verlossen. Hij zal mensen in de ruimte zetten. Jezus, een naam om van te houden, steeds meer. Jezus, een naam om héén te vluchten, telkens weer. Jezus, de naam om veel van te verwachten en dan nog veel méér te ontvangen.

In Jezus komt de Christus, de gezalfde naar de wereld. Met als doel: zondaars redden. En dat doel wordt bereikt. Want Hij is gezalfd. Hij is man geworden. Hij heeft de kribbe, de voerbak, verruild voor het kruis, de twee ruwe boomstammen. Daaraan stierf Hij de marteldood. Om die taak te verrichten kwam Jezus met Kerstfeest.


Nu, dát te vieren, te aanvaarden, van die Jezus te houden, op Hem te vertrouwen, dát is Kerstfeest vieren. Kerstfeest met een hoofdletter K. Want dáár ligt de oplossing van HET probleem. Het probleem aan de wortel van al onze grote en kleinere problemen. Ja, want zó serieus is Kerstfeest: het komt met een beschuldigende vinger: jullie zijn zondaars!

Zondaar, wat ís dat?Paulus maakt het duidelijk. En hoe doet hij dat? Heel opmerkelijk: hij wijst naar zichzelf! Kijk, wij hebben de gewoonte in dit geval van onszelf áf te wijzen. We kunnen schoolvoorbeelden van rasechte zondaars om ons heen aanwijzen. Ja toch? Zoals daar zijn: hoeren en hoerenlopers, terroristen en meer van zulk spul. Maar ik? Nou ja, kerkmensen zullen zeggen: Ja, we zijn allemaal zondaars. Ik dus ook. Maar ook die denken van binnen vaak: eigenlijk valt het best mee.

Maar Paulus zegt: met mij valt het niet mee. Ik was nummer één op de lijst van de grootste zondaars. Met stip, hoor! Nou kun je dat wel zéggen. Doen wij ook wel eens. Maar dan moet je het ook concreet kunnen maken. Nou, dat kán de apostel: ik heb Hem, die nu mijn Heiland is, bespot, beschimpt, vervolgd. Ik wou niks van Hem weten.Ik wou Hem en zijn volgelingen het liefste allemaal dóód hebben. Alstublieft! Ik was net een briesende, bloeddorstige leeuw!

Nou, heel wat, jezelf “zondaar” te noemen. En het daar niet bij te laten. Want u ziet het: zondaar is niet maar een woord. Het gaat daarin om concrete zaken. Zondaars, dat zijn we. Allemaal, hoofd voor hoofd. Het is de waarheid, de trieste werkelijkheid.

Nu kun je zeggen: wat een triest verhaal. Móet dat nou, in deze toch al donkere tijd van het jaar? We zien de zon nauwelijks. En dan ook nog zo’n inktzwarte boodschap. Trouwens wie bewijst me, dat het wáár is? Dat ik inderdaad zo’n booswicht ben? Ik ben nog nooit met justitie in aanraking geweest, hoor! Kerstfeest hóeft toch niet zo diep en diepzinnig en triest? Ik heb juist behoefte aan wat gezelligheid!

Nou, bewijzen heb ik niet. Je moet het maar aannemen. Niet van mij. Maar geloof God maar op zijn woord. Paulus zegt: “deze boodschap is betrouwbaar en verdient onze volledige instemming”. En wat kan ik anders, dan dat nog eens onderstrepen?

Doet u dat dan ook: die boodschap voor uw eigen leven aannemen. Die redding aanvaarden. Dóe dat. Voor uw eigen bestwil. Want anders maak je een rampzalige vergissing. De gevolgen zijn stukken erger dan die van de tsunami of van Rita, die orkaan in New Orleans. Want weet u: de zonde is concreet. Heeft handen en voeten, om zo te zeggen

Ja, want de zonde drijft, bestuurt je handen en voeten. En dat betekent, dat is misdaden, foute daden doe. En dat ik mis stap. Dat mijn voeten me brengen, waar ik nou net NIET moet zijn. Waar God en zijn reddende liefde niet zijn. Waar God niet kán zijn. En waar ik dus de (goede) weg kwijt raak. En eenzaam in het duister ben. En verdwaal. En voorgoed omkom.

De zonde maakt, dat mijn mond God lastert en mensen belastert. Dat mijn hoofd de verkeerde kant op denkt, Dat in mijn hart verkeerde plannen opkomen. Dat mijn hoofd zó vol is met van alles en nog wat, dat ik God vergeet.

Dáárom zegt de bijbel, zegt God, dat het Kerstfeest geworden is om de zonde. Dat de Heiland kwam om zondaars te redden. Kerstfeest heeft God gegeven, omdat de zonde er is. Omdat er een aarde vol zondaars is. Omdat ik zondaar ben. En u. En jij.

Zondaar zijn, dat houdt in, dat die mens geréd moet worden. Dat de mens verlóren is. En dus opgezocht moet worden. En thuisgebracht. Naar zijn bestemming gebracht. In een goede verhouding gezet met zijn Schepper en zijn medeschepselen. Dát gaat dat Kind in de voerbak doen. Hij gaat leven, lijden, sterven en opstaan uit de dood voor zondaars.

Kijk, en dát Kerstfeest hebben we nodig. Dát feest moeten we meevieren. Met minder kunnen we niet toe. Minder voldoet niet aan de norm. Levert totaal niets op. Daar houd je niets van over voor 27 december en de volgende dagen. Dan is het geen féést, maar een partijtje. Dan is er geen vreugde, maar alleen lol.

Kerstfeest, daar past maar één reactie bij. En dat is: die redding door Jezus Christus blij te aanvaarden. Door te buigen over die voerbak. En te knielen aan de voet van het kruis. Door te leven uit de kracht van de opgestane Heer.

Hebt u zó Kerstfeest gevierd? Kerstfeest bij Christus Jezus? Zó mag het nóg en wéér. De Heiland heeft álles daarvoor klaar gemaakt. Ga maar naar Hem toe. Zo word je gered. Dat is: geheeld, van binnen en van buiten. Nu al, en ten volle door dood en graf heen.

Dát is Kerstfeest vieren, ziet u. En dan kan die gezelligheid er óók bij. En waarom die lichtjes eigenlijk niet? En zéker, als u in de gelegenheid bent, een eenzaam mens of méér, uitnodigen. Maar het gezelschap van deze Christus Jezus maakt het pas echt gezel-lig! Dan heb je de beste Metgezel. En het grote Licht is Hij dan in ons leven.

Ja, in heel ons leven. Want dit feest duurt niet een paar uur, of een dag, of twee dagen. Nee, hier zit je levenslang aan vast. Dit zit levenslang aan jou vast. Dit feest zit binnen in je, voorgoed!

Dat is me een feest, zeg! Paulus kan zich er telkens weer over verwonderen. Hij gered door Jezus’ komst en werk. Hij, nummer één van de zondaars! Grandioos! Zing mee met hem: ”Aan de koning der eeuwen, de onvergankelijke, onzichtbare en enige God, zij de eer en glorie tot in alle eeuwigheid!

Amen”.

-----
Enkele aandachtspunten voor de dienst der gebeden:

God prijzen, omdat zijn liefde zó groot is, dat Hij ons het Kerstfeest gaf.
Jezus Christus loven, omdat Hij op aarde kwam, om verloren mensen te redden.
De Heilige Geest roemen, omdat Hij ons in dat echte feest wil laten deelnemen.
Bidden om ogen, die door de lichtjes en het groen héén kunnen kijken en het lege van het kerstfeest van velen te zien;
die zien, dat we zonder Jezus verlóren zondaars zijn
die ook zien, hoe in ons leven dat zondaar zijn concreet wordt en is;
om de eenzaamheid van mensen om ons heen te zien en open harten en huizen;
voor de noodlijdenden en ellendigen in deze wereld en het er niet bij láten, God daarvan de schuld te geven, maar te doen wat we kunnen.

Voorstel orde van dienst:

Intochtslied: Gez. 146 in wisselzang
Na votum en groet: Gez. 150
Schriftlezing: Lucas 2 : 1-7
Zingen: Gez. 143
Schriftlezing: 1 Tim. 12-17
Zingen: Gez. 134
Na de preek: “Ere zij God…”
Slotlied: Gez. 141

Geen opmerkingen: